vrijdag, mei 12, 2006

Mijn maatje

Mijn maat

Ik kwam je tegen en je was zomaar iemand die ik leerde kennen.
Nu niet meer. Nu zit je in mijn hart en sterven mijn gedachtes aan jou pas op de dag dat ik mijn ziel te ruste leg.
Nooit zal ik je vergeten en altijd zal ik je eren. Nooit zal ik je teleurstellen en altijd zal ik voor je vechten. Nooit zal ik je met de nek aankijken en als je terugkijkt open ik mijn ziel voor jou.
Waarom? Simpel en zo intens, omdat ik je vertrouw.

Omdat je me laat lachen en omdat ik aan je kan denken met een traan.
Omdat je mij vertrouwd en weet je maat, aan het einde van de laan.

Daar gaan we lachend het leven uit. Op naar wat hierna is.
We gaan waarschijnlijk echt niet tegelijk maar toch weet ik, er is geen gemis.

Want vrienden ben je niet alleen hier, maar ook ver hierna.
De plek waar ik met mijn gedachten heenga is voor alles veilig.
Die plek waar ik aan onze vriendschap denk is zelfs de paus te heilig.
Een traan gaat hand in hand met mijn glimlach en zo hoort het te zijn.
Ik geniet van de jouwe en jouw traan doet bij mij ook pijn.

Tussen de grappen en grollen door laten wij elkaar niet koud.
Daarom ben je mijn gabber, mijn maat, iemand waarvan ik houd.
En hier enkel over kunnen lullen en het begrijpen is zilver,
Ik kwam je tegen en je ging niet meer weg.
En dat is voor mij belangrijk, daarom ben jij goud.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten